Terug naar startpagina

 


Cocci
Beste,
Ik had vandaag een praatje met een andere duivenman
en deze vertelde mij wat ik nog nooit gehoord had
cocidiose in de darmen het zou in het mest niet op te sporen zijn?
Om dit te vinden zou men een duif moeten doden en onderzoeken?
Wat deden de duiven ze eten zeer goed maar blijven te licht en als
men ze uitlaat één ronde en ze gingen naar de grond natuurlijk geen prijs
te spelen mijn vraag bestaat dat?
Mvg Paul

Paul uw duivenmaat is mis zeer mis, nl. een cocci die, kan zich enkel voortplanten door eieren uit te scheiden in de mest, om zodoende later door een andere duif te worden opgenomen
 

door Dierenarts G. Werquin, Ieper

door Dierenarts G. Werquin, Ieper

Coccidiose is de meest voorkomende parasitaire darmaandoening bij duiven. In

België komen twee soorten voor: de E. Labbeana (ronde oocysten) en E.

Columbarum (grotere, ovale oocysten). Meestal gaat het om menginfecties. In

tegenstelling tot bijvoorbeeld kippen, worden volwassen duiven niet echt ziek

van coccidiose. Enkel bij jonge duiven worden soms ziektetekens waargenomen.

Toch is het voorkomen en behandelen van coccidiose bij de medische

begeleiding van sportduiven heel belangrijk: enkel dieren in topconditie zijn in

staat tot de vereiste topprestaties.

CYCLUS

Coccidiose is een darmparasiet met een ontwikkelingscyclus in de gastheer en

een ontwikkelingscyclus buiten de gastheer. De vermeerdering binnen het

darmstelsel van de duif gebeurt in de wand van de dunne darm. Na verschillende

vermeerderingscycli worden vanaf 6 dagen na de infectie oocysten (coccidiose-

eitjes) gevormd die met de uitwerpselen uitgescheiden worden. Deze

oocysten kunnen na 2 tot 4 dagen "rijping" terug andere duiven besmetten.

Overdracht van coccidiose gebeurt bijna steeds door middel van voorwerpen die

bevuild zijn met oocysten-bevattende uitwerpselen. Vandaar dat bij het voorkomen

van coccidiose alle maatregelen moeten genomen worden om kontakt

van de duiven met rijpe oocysten (dus uitwerpselen van meer dan 2 dagen oud)

te vermijden. Het dagelijks verwijderen van alle uitwerpselen speelt hierbij een

grote rol. Ook het gebruik van vloerroosters vergemakkelijkt in grote mate het

coccidiosevrij houden van de kolonie.

ZIEKTETEKENS

Bij de meeste duiven verloopt een coccidioseinfectie zonder duidelijke

symptomen. Soms wordt een tijdelijk verminderde eetlust en verhoogde

wateropname opgemerkt. Nu en dan zijn de uitwerpselen minder droog of

minder goed gebonden. Vaak is het enige teken de verminderde

vluchtprestaties bij speelduiven. Vandaar

dat het tijdens het vluchtseizoen

aangewezen is regelmatig mestmonsters

van de duiven te laten onderzoeken. Het

gehalte aan coccidiose-oocysten is vaak

een parameter voor de conditie waarin de

duiven zich bevinden. Allerlei

stressfactoren kunnen het aantal oocysten

doen opflakkeren: inkorven, transport,

wedstrijd, weduwschap. Het is dan ook

Oöcysten op microscopisch beeld

beter de uitwerpselen te beoordelen een aantal dagen na de thuiskomst in

plaats van direct bij thuiskomst. Jonge duiven (jonger dan 4 maand) vertonen

soms wél duidelijke ziektetekens tengevolge van coccidiose. Bij deze dieren

ontstaat soms een groenachtige of bloederige diarree waarbij de dieren

vermageren en lusteloos zijn. Sterfte treedt echter nooit op.

DIAGNOSE

De diagnose van coccidiose gebeurt door microscopisch onderzoek van de uitwerpselen.

Voor de beoordeling van het mestmonster wordt naast het al dan

niet aanwezig zijn van oocysten ook rekening gehouden met hun aantal en het

tijdstip waarop de mest verzameld werd (voor- of namiddag, aantal dagen na de

vlucht).

PREVENTIE EN BEHANDELING

Bij de preventie speelt de hygiëne op het hok een primordiale rol. Op alle

mogelijke manieren moet voorkomen worden dat duiven met mest van meer

dan twee dagen oud in kontakt komen ( deze mest kan immers "rijpe" oocysten

bevatten). Het dagelijks reinigen van het hok en regelmatig ontsmetten met de

brander zijn geen overbodige luxe. Overbevolking, stro als vloerbedekking

(droge mestmethode), bodemvoedering en open drinkschalen worden best

vermeden. Draadbodems vormen een goede oplossing wanneer een dagelijkse

reini- ging niet haalbaar is.

De aanwezigheid van coccidiose wordt best regelmatig gecontroleerd. Vóór de

aanvang van het vluchtseizoen alsook vóór de aanvang van de kweek wordt

ernaar gestreefd de kolonies coccidiose-vrij te krijgen. Wegens de nadelige

invloed op de prestaties is het aan te bevelen ook tijdens het vluchtseizoen

regelmatig de mest te laten controleren. In het vluchtseizoen worden niet alle

infestaties systematisch behandeld: enkel wanneer de coccidiose-infectie van

die mate is dat ze de conditie van de duiven kan benadelen wordt een behandeling

ingezet. Tijdens de kweek dient

men er rekening mee te houden dat

sommige coccidiostatica de

vruchtbaarheid nadelig kunnen

beïnvloeden en dus best niet te kort

voor het koppelen ingezet worden.

Een behandeling van coccidiose

dient steeds gepaard te gaan met

een desinfectie van het hok. Het

meest doeltreffende middel tegen

coccidiose-oocysten is het gebruik

van de gasbrander !

Doeltreffend ontsmetten met de gasbrander

TE ONTHOUDEN:

Coccidiose is nog steeds de meest voorkomende parasiet bij duiven.

-

Coccidiose kan de vluchtprestaties ondermijnen:

Iaat regelmatig mestmonsters onderzoeken bij uw dierenarts!

-

Bij het voorkomen van coccidiose is de hygiëne van het allergrootste

belang: verwijder dagelijks de mest en ontsmet regelmatig met de brander!

.

Streef er naar uw duivenkolonie vóór de kweek

en vóór het vluchtseizoen coccidiose-vrij te krijgen!

Dierenarts Guy WERQUIN





vraag kan men stellen op oomentijn@hotmail.com

Oudere vragen klik hier....


 

 

 

 

 

 

 

 

  

 

 

Terug naar startpagina